Literatuur voor kleine mensen
Waarschuwing!
Deze pagina is voor volwassenen minder geschikt!
Janusz Korczak heeft meerdere kinderboeken geschreven. Twee daarvan zijn vertaald in het Nederlands en zijn in het onderstaande overzicht opgenomen. Daarnaast noemen we twee kinderboeken van andere schrijvers. Deze boeken gaan over Janusz Korczak, het weeshuis en/of het ghetto van Warschau.
Korczak is van mening dat volwassenen zijn kinderboeken eigenlijk niet zouden moeten lezen, "... want er komen hoofdstukken in voor die minder geschikt zijn voor oudere lezers. Die begrijpen ze niet en daar zullen ze dan wel om lachen. Maar als ze echt willen, moeten ze het maar proberen. Je kunt grote mensen immers niets verbieden, want ze gehoorzamen niet - en wie doet ze wat ...".
"Koning Matthijsje de Eerste", Janusz Korczak (1928)
Omslagillustratie: Harald Sprenkeling; omslagontwerp: Toine Post
Uitgever: Van Goor, Amsterdam, 1981, 370 blz.
ISBN: 90-00-02798-5
Wanneer Matthijsje zijn vader Stefan de Scherpzinnige opvolgt, is hij nog maar zes jaar. Hoe moet een jongen, die nog niet kan lezen en schrijven, koning zijn? Matthijsje is een kind-koning die niets te zeggen heeft. Zijn ministers vertellen hem precies wat hij moet doen en de ceremoniemeester weet precies hoe laat hij moet opstaan en hoe lang hij over zijn ontbijt mag doen (16 minuten en 35 seconden).
Maar door het hek van de tuin van het paleis maakt Matthijsje kennis met Freek en die vertelt hem wat er allemaal gebeurt in zijn land, dingen die de ministers voor Matthijsje verzwijgen. Dan breekt de oorlog uit. Freek trekt naar het front en Matthijsje besluit met zijn vriend mee te gaan. Een koning hoort in moeilijke tijden bij zijn volk, vindt hij. Na de oorlog keert Matthijsje terug in het paleis en besluit dat hij zich nooit meer de wet zal laten voorschrijven. Hij bepaalt dat er een kinderparlement komt. Niet alle grote mensen vinden dat leuk en het leven van Matthijsje loopt weer gevaar.
terug naar de titels
"Koning Matthijsje op het onbewoonde eiland", Janusz Korczak (1933)
Omslagtekening en illustraties: Waldemar Andrzejewski
Uitgever: Van Goor, Amsterdam, 1983, 146 blz.
ISBN: 90-10-04478-5
Nadat de plannen van koning Matthijsje voor een kinderparlement internationaal de aandacht hebben getrokken, raakt de koning in moeilijkheden. Hij wordt afgezet en door een rechtbank veroordeeld tot het vuurpeloton. Op het laatste moment wordt dit vonnis omgezet in verbanning naar een onbewoond eiland.
Zal koning Matthijsje zich opnieuw alleen voelen, zoals hij zich tussen alle grote mensen in het paleis alleen voelde? Moet hij alle hoop laten varen of kan de vlag die hij voor alle kinderen van de wereld heeft bedacht hem helpen in zijn eenzaamheid?
terug naar de titels
"De schaduw van de muur", Christa Laird
Omslag: Dick van der Maat
Uitgever: Lemniscaat, Rotterdam, 1990, 137 blz.
ISBN: 90-6069-755-3
1942. Misha woont sinds een paar maanden met zijn twee zusjes in het weeshuis van Dr. Korczak in het getto van Warschau. Hun moeder is ernstig ziek en kan niet meer voor ze zorgen. Misha voelt zich verantwoordelijk voor zijn moeder en zijn twee zusjes. Regelmatig probeert hij illegaal het getto uit te glippen om waardevolle spullen te ruilen voor eten. Maar dit wordt moeilijker, want de Duitse soldaten treden steeds strenger op tegen de smokkelaars. Ook Dr. Korczak en mevrouw Stefa moeten hun uiterste best doen om eten te vergaren voor de weeskinderen, want er is gebrek aan alles. Met de dag wordt het dagelijks leven in het getto grimmiger en nemen de geruchten over een kamp genaamd Treblinka toe.
Dr. Korczak leidde ook in werkelijkheid samen met mevrouw Stefa een weeshuis in het getto van Warschau. Hij is een legendarische figuur die in en voor de Tweede Wereldoorlog zeer veel heeft gedaan voor joodse en niet-joodse kinderen. Hij was arts, pedagoog, leraar en schrijver van kinderboeken.
terug naar de titels
"Mosje en Reizele", Karlijn Stoffels
Omslag: Barbara van Dongen Torman; Illustratie: Peter van Poppel
Uitgever: Querido, Amsterdam, 1996, 158 blz.
ISBN: 90-214-8353-X
Mosje Schuster is een Pool. Hij ergert zich aan die joden die Jiddisj spreken en in 'rare zwarte jurken' over straat lopen. Hij lacht de zionisten uit die zo dolgraag die gloeiende woestijn waar niets groeit willen gaan ontginnen. Mosje Schuster is een Póól die naar een Póólse school gaat.
Maar als zijn ouders sterven moet Mosje toch naar 'het Instituut': het joodse weeshuis dat de beroemde dokter Korczak in 1911 in Warschau heeft gesticht. Die Janusz Korczak woont er trouwens zelf ook.
Gepokt en gemazeld door het leven heeft Mosje de zwartste voorstellingen van dit instituut. 'De riem gebruiken ze voor de echte straf, de oorvijgen gewoon voor tussendoor.'
Het is de zomer van 1939: de Duitsers maken zich op om Polen binnen te vallen. Het is ook het begin van een ongewone geschiedenis: die van Mosje en Reizele.
terug naar de titels |